Translate

Wednesday, June 5, 2013

Sharia debat.

Een debat in een fraaie universitaire setting.
In de fraaie, gerestaureerde houten collegezaal van het Kamerlingh Onnes gebouw (19de eeuw) vond gisteren de presentatie plaats van het boek Applying Sharia in the West van de hand van Prof. dr. Maurits Berger, hoogleraar Islam in de Westerse wereld. Ter gelegenheid van de presentatie werd een debat gevoerd tussen de auteur en Prof. dr. Afshin Ellian, hoogleraar Sociale cohesie, burgerschap en multiculturaliteit. Het debat stond onder leiding van Prof. dr. Jan Michiel Otto, directeur van het Van Vollenhoven Instituut en hoogleraar Recht en bestuur in ontwikkelingslanden aan de Universiteit Leiden.

Ik heb geen aantekeningen of opnamen gemaakt dus vertrouw ik op mijn feilbare geheugen bij het schrijven van dit artikel.

Maurits Berger:
Over het begrip sharia bestaat veel verwarring. Wanneer je aan de gemiddelde moslim vraagt wat de sharia voor hem betekent dan krijg je een niet altijd hetzelfde antwoord. Dat komt omdat de sharia uit vele elementen bestaat, het gaat over familierecht, religieuze gebruiken, persoonlijke omgangsvormen, rechtspraak en ook fundamenten voor het staatsrecht. Bovendien zijn er verschillende islamitische stromingen die tot verschillende opvattingen kunnen leiden.
Onder tegenstanders bestaat het beeld van terroristen die hun daden op grond van de sharia rechtvaardigen. In zijn boek gaat het over familierecht, religieuze voorschriften, en persoonlijke omgang. Het gaat hem om de toepassing van de sharia onder moslims in het westen en niet om de invoering van de sharia. Als we het hebben over een sharia-rechtbank dan hebben we het over de behoefte van moslims om geschillen onderling te regelen. Daar is niets op tegen en het woord rechtbank moet je niet te letterlijk nemen. Er is geen sprake van een door de staat erkende rechtbank, hij vergeleek het met de kerkelijke rechtbanken in de Rooms Katholieke kerk.
Het toepassen van het renteverbod in de sharia is gewoon het toepassen van het contractenrecht  Het is niet in strijd met de wet. Hij ziet in deze toepassing van de sharia in de westerse wereld geen sluipend gevaar dat tot totale islamisering van onze samenleving zal leiden.

Afshin Ellian:
Ellian begon met zijn waardering uit te spreken dat een discussie over de sharia in een serene, academische omgeving op rustige en vrije wijze gevoerd kon worden met respect voor elkaars standpunten. Hij nam daarmee een voorschotje op de rest van de avond maar hij werd daar niet in teleurgesteld, denk ik.
Ellian erkende dat het informele toepassen van sharia elementen binnen een moslim groepering niet perse strijdig is met de wet. Hij tekende daarbij aan dat in het huwelijksrecht van de sharia de positie van de vrouw ondergeschikt is aan die van de man. Het getuigenis van de vrouw is de helft waard van dat van de man, ze is dus altijd in het nadeel. Iets dergelijks geldt ook in het erfrecht.
In Nederland is het alleen de overheid die rechtsgeldige huwelijken kan sluiten. Dat men daarna een kerkelijk of islamitisch huwelijk sluit, laat de overheid koud. Een islamitisch huwelijk, hier gesloten, is hier dus niet rechtsgeldig.
Het is goed te bedenken dat die onschuldig lijkende sharia waar men het hier over heeft, deel uitmaakt van het sharia rechtssysteem dat in veel islamitische landen van toepassing is; dat de sharia als rechtssysteem is in strijd met de rechten van de mens. Denk aan de ondergeschikte positie van de vrouw in alle aspecten van het recht en de dhimmi's (minderheden als joden en christenen) die een aparte en ondergeschikte status hebben. In processen tegen moslims zijn dhimmi's praktisch rechteloos.
Let ook op de verschillende sharia-stromingen die in het Middenoosten bloedige strijd leveren. Het recht op vrijheid heeft grenzen, wanneer we staan voor een systeem dat onze rechten wil beperken dan hebben we het recht de vrijheid, om zo'n rechteloos systeem in te willen voeren, te beperken. We moeten oppassen dat we niet in de situatie van de Weimar republiek verzeilen.
Moslims genieten hier in het Westen gelijke rechten en hebben de sharia niet nodig, vooral de vrouwen niet.

De discussie met de zaal.
Jan Michiel Otto leidde de discussie op competente en ontspannen wijze. Het publiek bestond uit moslims, moslima's en niet-moslims. Er waren geen enge baardmannen in witte jurken bij. Uiteraard kwam de sharia-driehoek in Den Haag ter sprake. Berger vond dat wel meevallen en richtte de aandacht op de aldaar wonende Hindoestanen. Volgens hem is er een enorme druk op de vrouwen in die gemeenschap om zich te voegen naar de Hindoestaanse tradities.

Hier moet ik even inbreken in het verslag. Wat Berger zegt over de Hindoestanen kan waar zijn of niet maar zijn boek en alle discussies over de sharia en moslims vloeien voort uit het feit dat de Islam geen bescheiden godsdienst is die de anderen met rust laat. Van Hindoestanen, Joden en Boeddhisten ondervinden we geen last omdat deze mensen hun godsdienst achter de voordeur en in hun kerkgebouwen belijden. Moslims zijn in dit opzicht heel anders, ze eisen hun vermeende recht op en presteren het zelfs om hun bidkleedjes op de openbare weg te spreiden en voorbijgangers te intimideren. Dit zijn natuurlijk 'extremisten', maar toch.... Hindoestanen en Joden doen zoiets niet.

Een blanke spreker (vermoedelijk geen moslim) zei dat wanneer moslims in een bepaald gebied in belangrijke mate woonachtig zijn, ze de leefomgeving van anderen in negatieve zin beginnen te veranderen. Wat de oorspronkelijke bewoners als normaal beschouwen mag daar dan niet meer. Hij acht de Islam een sluipend gevaar dat ingeperkt moet worden.

Een moslima sprak over de beschermde positie van minderheden in Iran (!) en stelde dat een moslim nooit minister-president van Nederland zou kunnen worden. Een hoongelach, gelardeerd met kreten als Aboutaleb en Albayrak viel het arme kind ten deel.

Na afloop was er gelegenheid om met elkaar te praten onder het genot van een hapje en een drankje, waaronder ook alcoholica. Om het debat met andere middelen voort te zetten nam ik een glas wijn.
Ik sprak met de eerder genoemde moslima. Een intelligente en charmante vrouw (met hoofddoek die haar goed stond). Ik sprak haar aan over de positie van christenen in Iran en vertelde dat het getuigenis van een christen de helft waard is van dat van een moslim. Ze trok dat in twijfel maar onder de bewijslast die ik aanvoerde gaf ze dat toe. Maar ze verbond daar geen enkele consequentie aan en ging opgewekt over op iets anders.

Al met al een leerzame en onderhoudende avond.

No comments:

Post a Comment